Sint Piggelmee

We zouden daarom voor de Lage Landen dit jaar de Sint Piggelmee-feesten kunnen invoeren ter markering van de periode tussen 21 en 25 december. Het zou een tijdelijke oplossing zijn. Deze feesten zouden sinnieklaas en het kerstfeest – het christus-feest dus – moeten vervangen in de collectieve volksbeleving die deze donkere dagen toch van een mystieke dimensie wil voorzien. Bij wet in formele zin, dus in gemeen overleg met de staten-generaal zou dat moeten gebeuren, terwijl alle andere voormalige feestelijke vieringen die de decembermaanden plachten op te luisteren onder strafbedreiging worden verboden.

Rubens: koppen van Moren (voorstudie)

Geen binnenkomst per stoomboot van Sinterklaas meer. De plechtige viering en voorbereiding daarvan zou moeten worden gelijk gesteld worden aan strafbaar haatzaaien en discriminatie in de zin van artikel 137c van het Wetboek van Strafrecht. Dat zou daartoe uitgebreid moeten worden tot een misdrijf gericht tegen de openbare orde. Want de intocht van de goed-heiligman verwijst immers per definitie naar een Zwarte Piet. De knecht van de bisschop van Myra.

Een Moor, zelfs als hij grijs, geel, blauw of zwart is geschminkt in het gelaat. Zulk een hybride Piet verwijst toch naar de oorspronkelijke Moor die de bisschop op visitatie destijds sedert 1568 begeleidde en zou dus een discriminatoire strekking blijven behouden. Door de Sint Piggelmee-feesten plichtmatig voor te schrijven zou men de idealisten die bij het gesubsidieerde vereniging Kick-Out Zwarte Piet duchtig de wind uit de zeilen nemen. Piggelmee deed in zijn Keulse Pot veel fout, maar een zwarte knecht was er niet te vinden.

De Piggelmeetjes

En verder was Piggelmee arm. Hij kón geen slaven houden, dus enig verwijt in dat opzicht zou de povere dwerg niet kunnen treffen. Niet direct. Wel is het weer een bezwaar dat het dwergenpaartje toch van Nelle’s gemalen koffie dronk. Die werd betrokken op Java, destijds – in Van Nelle’s hoogtijdagen – via de gedwongen cultures ten behoeve van het koloniaal stelsel in Nederlandsch-Indië. Door die koffie te kopen namen Piggelmee en zijn vrouwtje tóch indirect deel aan het slavernijverleden van het Koninkrijk der Nederlanden. Zij begunstigden de slavenhandel. Het zal niet lang duren voordat de Kick Out Zwarte Pieters dat in de smiezen hebben. Maar het zal toch even tijdwinst opleveren voordat de nieuwe postkoloniale rel hieruit gedestilleerd is.

Vermoedelijk zullen dan ook alle Keulse Potten verboden moeten worden als symbolen van voorbereidingshandelingen tot het verheerlijken van Nederlandse slavernijhandel. Ik twijfel er niet aan, dat de rechterlijke macht geen moeite zal hebben het nieuwe artikel 137c als genoemd via de algemene strafbaarheid van de voorbereiding ex artikel 46 van genoemd wetboek bij analogie en zo extensief mogelijk toe te passen op het tweede kamerlid dat vroeger Keulse Potten op de vensterbank had staan van de kamer die dat lid aan het Plein was toegewezen. De Haagse rechtbank zal in dit opzicht artikel 1 van het genoemd wetboek, dat de rechter verplicht tot restrictieve toepassing van delictsomschrijvingen, hoogst creatief weten toe te passen, zelfs in flagrante strijd met de wetsgeschiedenis.

De aanbidding door de magiërs uit het oosten

Verder is Piggelmee niet christelijk. Op geen enkele manier. Jacob Grimm dateert het bosbaasje als een soort mystieke woudfaun in de zuiver Germaanse, teutoonse en volksduitse periode vóór Christus geboorte. Piggelmee heeft geen soevereiniteitspretenties. Hij wil voornamelijk met rust gelaten worden, al koffielurkend. Bezoek stelde hij niet op prijs. De wijzen uit het Oosten waren bij hem aan het verkeerde adres. Laat staan dat hij Balthasar, de zwarte koning, in zijn pot zou hebben toegelaten.

De kerststallen, zichtbaar opgesteld op of aan voor het publiek toegankelijke plaatsen, moeten diensvolgens door deze potten, waarvan bij algemene maatregel van bestuur de uiterlijke verschijningsvorm precies is voorgeschreven, vervangen worden, natuurlijk tegen billijke schadeloosstelling van de in te leveren kerststalletjes en de loslopende kameel. Alleen zo zal men in deze landen het lied der bevrijding kunnen aanheffen en alleen zo zullen wij samen het oord bereiken waar die gouden vogel jubelt, véél hoger dan de leeuwerik.